Zweepworm (kennelworm, Trichuris vulpis)
Zweepwormen wonen in de blinde- en dikke darm van honden en vossen. De zweepworm dankt zijn naam aan zijn vorm: aan de voorkant dun en aan de achterkant dik. Het dunne gedeelte ligt onder het slijmvlies van de darm, het dikke gedeelte in darm.
0,7 – 5% van alle honden heeft zweepwormen. In kennels waar onvoldoende wordt schoongemaakt kan dit percentage oplopen tot 30%. Vandaar de naam: kennelworm.
Symptomen zweepworm
De meeste dieren die besmet zijn met zweepwormen hebben geen of geringe klachten.
- Honden kunnen een terugkerende brijachtige diarree krijgen (donker, stinkend) soms met slijm en/of bloed.
- In ernstige gevallen kan bloedarmoede optreden
- De buik kan pijnlijk gezwollen zijn.
- Pups kunnen aan de gevolgen van de infectie overlijden.
Diagnose zweepworm
Na besmetting duurt het 60 tot 90 dagen voordat de wormen volwassen zijn. Pas dan kunnen we de karakteristieke wormeieren (citroenvormig) in de ontlasting aantreffen.
Een volwassen worm kan tot 1,5 jaar oud worden en gedurende deze hele periode eieren leggen.
Behandeling zweepworm
We behandelen besmette dieren 3-5 opeenvolgende dagen met middelen die effectief zijn tegen deze worm (zie bijsluiter van de ontwormingsmiddelen).
Preventie zweepworm
Om herbesmetting te voorkomen zijn preventieve maatregelen nodig.
- Ontworm alle aanwezige honden tegelijkertijd.
- Herhaal deze behandeling elke 2-3 maanden (tot er geen wormeieren meer in de ontlasting zitten).
- Ruim dagelijks de ontlasting op en reinig de hokken.
- Hoge drukreiniging met stoom is aan te raden. Desinfectiemiddelen hebben meestal geen effect
Weetjes over zweepworm
- Kennelwormen worden met name gevonden in een omgeving waar de hygiëne te wensen overlaat.
- Onder optimale omstandigheden (25°C, vochtige omgeving) duurt het 9-10 dagen voordat de uitgescheiden eitijes andere honden kunnen besmetten.
- De wormeieren blijven bij een temperatuur tussen de 4 en 40°C 3-5 jaar besmettelijk voor andere honden.
- Wormeieren kunnen niet tegen droogte, UV-licht en hitte.
- Honden bouwen nauwelijks weesratnd op tegen deze wormen en kunnen zich dus makkelijk opnieuw besmetten.