Levershunt
Bij een levershunt (Portosystemische shunt) is er een abnormaal bloedvat waardoor het bloed onvoldoende gezuiverd wordt. Een operatie kan de doorstroming van de lever in de meeste gevallen normaliseren. Vaak komen ook blaasstenen voor.
Wat is een levershunt?
Het bloed uit de darmen stroomt normaal eerst door de lever om daar gezuiverd te worden. Hierna stroomt het bloed naar de rest van het lichaam.
Bij een levershunt, stroomt het bloed direct door het lichaam via een abnormaal bloedvat (shunt) om de lever heen. Een levershunt is aangeboren, en wordt vaak in het eerste levensjaar ontdekt (maar soms pas jaren later). Doordat het ongezuiverde bloed allerlei gifstoffen bevat (o.a. ammoniak) kunnen er ernstige problemen ontstaan.
Operatie
Bij de meeste dieren kan het probleem operatief worden verholpen. Hierbij wordt de shunt verkleind. Hierna zal in de meeste gevallen de lever uitgroeien en normaal gaan functioneren. De hond of kat is daarna volledig genezen.
Er zijn een aantal technieken om de shunt te behandelen: in het MCD gebruiken wij een cellophaan-bandje dat om de shunt wordt aangebracht.
Bij een deel van de patienten groeit de lever niet uit en zullen de problemen niet verdwijnen. Met een speciaal dieet en laxeermiddelen kan er vaak toch een dierwaardig leven zijn, maar op den duur kunnen er toch opnieuw problemen ontstaan.
Blaasstenen.
Een van de stoffen die bij een shunt uit de darmen in het bloed komen is ammoniak. Het ammoniak wordt (gedeeltelijk) door de nieren uitgescheiden en veroorzaakt bij veel shunt-patienten blaasstenen. Ook de blaasstenen moeten bij de shunt-operatie verwijderd worden.