Verschillende typen biopten die genomen kunnen worden bij dieren
In veel gevallen nemen we bij het MCD biopten af om bepaalde ziektes vast te stellen. Deze pagina is bedoeld om daar wat achtergrondinformatie over te geven.
Dunne naald biopt
Als er sprake is van een afwijkend stuk weefsel, zoals bijvoorbeeld een bult op de huid, een vergrote lymfeknoop of een vergroot orgaan, dan kunnen hiervan met een dunne naald cellen van afgenomen worden.
Wanneer de verdikking aan de buitenkant zit, kan dit zonder verdere hulpmiddelen afgenomen worden. De afwijking kan ook aan de binnenkant zitten, bijvoorbeeld een vergrote lymfeknoop in de buik, een vergrote lever/milt, een verdikte darmwand of zelfs een stuk longweefsel dat geen lucht meer bevat. Wanneer dit het geval is, kan er onder echobegeleiding een dunne naald biopt genomen worden. Hierbij houdt de radioloog het afwijkende deel goed in de gaten met de echo en leiden we er op die manier een naald naartoe.
De cellen die zo afgenomen zijn worden op een glaasje gespoten en voorzichtig uitgestreken. Dit kan dan onder de microscoop worden onderzocht, soms gebeurt dit door de internist direct of sturen we het op naar de patholoog.
Het voordeel van deze naaldbiopten is dat het weinig pijn doet, vaak geen roesje of narcose nodig is en het relatief veilig is. Aan alles zit enig risico, in zeldzame gevallen kan er een bloeding optreden door de naald. Deze biopten worden meerdere keren per dag afgenomen op het MCD.
Een nadeel van deze biopten is dat het soms te weinig informatie geeft. Er worden maar een paar losse cellen verzameld en hierdoor kan de patholoog soms geen zekerheid geven. Dan zijn er andere stappen nodig om de diagnose met meer zekerheid te stellen.
Chirurgisch biopt
Als een dunne naald biopt te weinig informatie geeft of niet mogelijk is, kan een chirurgisch biopt genomen worden. Dit gebeurt in de meeste gevallen onder volledige narcose. In een klein deel van de gevallen is het mogelijk (afhankelijk van de patiënt en het soort biopt wat genomen moet worden) om dit onder lokale verdoving uit te voeren.
Voordelen van deze biopten zijn dat er grotere biopten genomen kunnen worden, waardoor in de meeste gevallen de diagnose direct duidelijk is. Bij een chirurgisch biopt is er een betere controle over een eventuele bloeding. Er zullen hechtingen aangebracht worden om de plaats waar het biopt genomen is te sluiten.
Op deze manier kunnen biopten van de huid maar ook van de inwendige organen genomen worden.
Dikke naald biopt
In sommige gevallen wordt gekozen voor een hybride tussen deze twee typen biopten. Dit is vooral voor leverbiopten een optie die vaker wordt gebruikt.
Hierbij wordt onder echobegeleiding met een speciaal apparaat (Tru-cut) een dun reepje leverweefsel verwijderd. Hiervoor is vaak een roesje nodig maar geen volledige narcose. Vaak testen we van tevoren of de bloedstolling goed werkt. Hiermee wordt de kans op bloeding na het nemen van het biopt verkleind. Als er een bloeding optreedt is dit meestal kortdurend en stopt het vanzelf. In een enkel geval is het een ernstige bloeding waar een behandeling voor nodig is (operatie, bloedtransfusie).
Laparoscopische biopten
Als er biopten van inwendige organen genomen moeten worden, kan dat in sommige gevallen ook door middel van laparoscopie. Dit is een kijkoperatie waarbij slechts kleine gaatjes in de buikwand gemaakt worden. Middels een camera en een speciaal apparaat kan van bijvoorbeeld de lever biopten genomen worden.
Het voordeel is dat we grotere biopten kunnen verkrijgen dan bij de naald biopten en dat we een eventuele bloeding ook beter kunnen controleren. Dieren moeten hiervoor uiteraard onder volledige narcose. Herstel is vaak zeer snel.
Aanvullende testen op biopten
In sommige gevallen geeft standaard cel- of weefselonderzoek te weinig informatie. Er kan in die gevallen ook gekozen worden voor aanvullende kleuringen. Bijvoorbeeld specifiek voor koperstapeling in de lever, speciale kleuringen voor schimmels, typen testen (PARR, immunohistochemie, immunocytochemie, PCR) of zelfs een kweek op weefsel.