Vakantie met hond
Niets is leuker dan met de hond op vakantie te gaan.
- Als er iemand kan genieten van een nieuwe omgeving, is het uw hond. En u geniet mee.
- U bent meer buiten, ziet meer van de omgeving.
- Ook bij minder mooi weer, gaat u toch naar buiten.
- Met een hond maakt u meer contact. U komt nieuwe mensen tegen.
- Niets is zo ontspannend als het aaien van een huisdier.
Op vakantie met de hond in Nederland
Nederland is een prachtig vakantieland. Uw hond kan een teek oppikken, maar die over het algemeen niet gevaarlijk. De ziekte van Lyme is zeer waarschijnlijk geen probleem voor de hond.
We raden wel aan uw hond dagelijks op teken te controleren. Alleen in Zuid-Limburg en Oost-Groningen dient u rekening te houden met de vossenlintworm (zie onder)
Hond mee op vakantie naar het buitenland
Om uw hond mee te mogen nemen buiten Nederland, zijn de volgende dingen wettelijk verplicht:
- Uw hond moet gechipt zijn.
- Uw hond moet een Europees dierenpaspoort hebben.
- Uw hond met gevaccineerd zijn tegen hondsdolheid.
In landen met een ander klimaat dan Nederland, komen ook andere ziekten voor. Bereid uw vakantie goed voor en zorg ervoor dat uw hond geen vervelend souvenir mee terugneemt naar Nederland.
Verder dient u zich in het buitenland te houden aan de eisen van dat land. Zo zijn in Zwitserland bepaalde rassen verboden. En dat geldt ook als u via Zwitserland naar Italië reist (zie meer informatie onder aan deze pagina).
Hondsdolheid (rabiës)
Zodra u de grens over gaat, moet uw hond gevaccineerd zijn tegen hondsdolheid (rabiës). Uw hond kan geënt worden vanaf 12 weken leeftijd. Drie weken later, mag uw hond de grens over.
Geconstateerde hondsdolheidsgevallen tussen 2010 en 2015.
Hondsdolheid is een dodelijke aandoening die wereldwijd jaarlijks 55.000 mensen doodt. Als u op vakantie wordt gebeten, neem dan meteen contact op met een arts.
Lees verder bij hondsdolheid
Babesiose
Babesiose wordt overgebracht door een teek. Deze teek komt vooral in Zuid-Europa voor. Eén tot drie weken na besmetting kan uw hond ziek worden: koorts, rode urine, bloedarmoede.
De parasiet kan ook op langere termijn problemen geven.
Honden met Babesia dienen te worden behandeld met Carbesia® en hebben soms een bloedtransfusie nodig. In het ergste geval kan een hond aan de gevolgen van de infectie overlijden.
Onder de lijn komt de teek die Ehrlichia en Babesia overbrengt veel voor (kaart door ESCCAP)
Preventief kunnen we middelen geven tegen de teek en de hond dagelijks controleren op teken.
Preventief kan Carbesia® worden gegeven tegen de parasiet. Dit middel geeft volgens de bijsluiter 1 maand bescherming.
Ook bestaat er een vaccin tegen Babesia. Dit vaccin mag vanaf 5 maanden leeftijd worden gegeven, moet na 3-4 weken worden herhaald en geeft dan 3 weken bescherming: De bijsluiter heeft het over “ter vermindering van de ernst van ziekteverschijnselen”.
Een vakantie in Nederland is nog steeds het veiligst.
Lees verder bij Babesia
Ehrlichiose (Karpattenziekte)
Ehrlichia wordt door dezelfde teek overgebracht als Babesia.
Honden met acute Ehrlichiose hebben vaak hoge koorts.
Bij chronische Ehrlichiose treden de ziekteverschijnselen jaren (tot meer dan 7 jaar) later op. Chronische Ehrlichiose gaat gepaard met afvallen, gewrichtsontstekingen, ontstekingen aan de nieren en bloedingen.
Preventief kunnen we middelen geven tegen de teek en de hond dagelijks controleren op teken.
Een vakantie in Nederland is nog steeds het veiligst.
Lees verder bij Ehrlichia
Leishmaniose
Leishmania wordt overgebracht door de zandvlieg: een mugje van 2-3 mm groot. De mug is met name actief tijdens de schemering.
Leishmania is een chronische ziekte, waarbij we vooral huidproblemen en vermageren zien. De ziekte is goed te behandelen, maar niet te genezen en veel dieren overlijden uiteindelijk aan de infectie.
Preventief kunnen middelen geven tegen de zandvlieg (Scalibor® tekenband, Advantix® spot-on, Vectra 3D spot-on) en u kunt de hond in de schemering binnen houden.
Ook bestaat er een vaccin tegen Leishmania. Dit vaccin kan vanaf 6 maanden leeftijd worden gegeven en dienst dan twee maal te worden herhaald (met 3 weken tussentijd). De inenting moet jaarlijks worden herhaald.
Een vakantie in Nederland is nog steeds het veiligst.
Lees verder bij Leishmania
Hepatozoon
Hepatozoon is een ééncellige parasiet (protozo) die honden ziek kan maken. De parasiet komt voor in de zuidelijke landen in Europa. De hond kan besmet raken door een besmette teek op te eten. Honden bijten of likken in hun vacht en kunnen zo een teek binnenkrijgen. In Nederland komt de ziekte alleen voor bij honden die in warme landen zijn geweest.
Hepatozoon vormt geen groot probleem: we komen de ziekte weinig tegen, zelfs bij honden die mee geweest zijn op vakantie naar de Middellandse zee.
Lees verder bij Hepatozoon
Hartworm
Ook hartworm komt vooral voor in Zuid-Europa. De ziekte wordt overgebracht door een mug. Honden krijgen 6-8 maanden na besmetting hartproblemen.
Hartworm wordt overgebracht in de bruine gebieden (kaart ESCCAP)
Preventief kan uw hond Strongholt® (spot on) of Milbemax® (tabletten) krijgen tegen hartworm. Die moeten tijdens en na de vakantie worden gegeven.
Lees verder bij hartworm
Vossenlintworm
De vossenlintworm komt in Nederland voor in Zuid-Limburg en Oost-Groningen, maar wordt buiten Nederland gezien als een normale parasiet.
Deze lintworm kan zeer gevaarlijk zijn voor de mens: de parasiet kan na enkele jaren grote, niet-te-opereren, gezwellen in het lichaam geven.
Het verspreidingsgebied van de vossenlintworm (ESCCAP)
Dieren die in de endemische gebieden (zie kaartje) in contact komen met woelmuizen, kunnen het best elke 4 weken worden ontwormd met een middel dat Praziquantel of Epsiquantel bevat.
Na aantonen van deze parasiet bij een hond is het raadzaam het dier onder begeleiding van een dierenarts op 2 opeenvolgende dagen te ontwormen met een zeer krachtig middel. Om de vacht te ontdoen van wormeieren, moet u de patiënt ook wassen. De persoon die de hond wast, moet beschermende kleding dragen.
Lees verder bij wormen hond
Brucellose
Brucellose is een ernstige bacteriële infectie die hond en mens kan besmetten. Omdat de bacterie, ook na behandeling, langdurig in het lichaam blijft, en opnieuw problemen kan geven of anderen kan besmetten is het een aangifteplichtige ziekte.
De bacterie tast bij vooral de voorplantingsorganen aan, maar kan ook ontstekingen elders in het lichaam geven.
De bacterie komt in verschillende Europese landen voor. In Nederland werden in 2017 meerdere honden uit Roemenië geïmporteerd die deze bacterie bij zich droegen.
Lees verder bij Brucellose
Reisziekte bij de hond
Tegen misselijkheid en overgeven bij autorijden, varen en vliegen is het middel Cerenia® geregistreerd. Dit medicijn dient minimaal 1 uur voor vertrek te worden gegeven en werkt ongeveer 12 uur. Het mag maximaal twee opeenvolgende dagen worden gegeven. Neem contact op met een dierenarts voor meer informatie.
Middelen om een dier te sederen (in slaap brengen) tijdens het reizen kunnen als bijwerking een lage bloeddruk en afkoeling geven en worden om die reden afgeraden.
Lees verder bij wagenziekte
Angstige dieren
Als een hond of kat erg angstig is en transport daarom een probleem wordt, kan eventueel alprazolam worden gegeven.
Meer informatie
Kijk voor meer informatie op de site van het LICG