Waarom heeft mijn hond of kat nierfalen?
Als deze vraag beantwoord is, kan de beste behandeling worden ingezet. Een echo en uitgebreid bloed- en urineonderzoek zijn de minimale vereisten om een gerichte behandeling in te stellen bij nierfalen. In sommige gevallen is een nierbiopt aan te raden.
Blix heeft ernstig nierfalen (oude pand)
Blix heeft er, een tijdje later, weer zin in
Nierfalen
We spreken van nierfalen als het creatininegehalte in het bloed verhoogd is door een nierziekte of ander nierprobleem, zoals nierstenen.
Als het creatinine verhoogd is, werken de nieren nog voor minder dan 25%.
Het creatininegehalte kan verhoogd zijn door
- Uitdroging
- Een lage bloeddruk
- Nierfalen
- Een lekke blaas
- Een afgesloten plasbuis
Niet elke hond of kat met een verhoogd creatininegehalte heeft dus nierfalen!
Nierfalen kan acuut of chronisch, of gedecompenseerd chronisch zijn.
Acuut nierfalen
De nierfunctie is bij acuut nierfalen in korte tijd snel afgenomen.
Soms plassen honden met acuut nierfalen meer dan normaal, soms is de urineproductie juist volledig gestopt.
In het beste geval kan een dier volledig genezen van acuut nierfalen.
Chronisch nierfalen
De nierfunctie is, bij chronisch nierfalen, al langere tijd slecht.
Elke chronische nierziekte veroorzaakt littekenweefsel in de nieren. Dit littekenweefsel trekt samen. Deze kleine knobbelige nier noemen we een schrompelnier.
Omdat er sprake is van littekenweefsel, is genezing niet meer mogelijk. Wel kunnen we het welzijn van uw hond of kat verbeteren en het natuurlijk proces, dat leidt tot de achteruitgang van de nierfunctie, remmen.
Gedecompenseerd chronisch nierfalen
We spreken van gedecompenseerd chronisch nierfalen als er al sprake was van nierfalen, maar de nierfunctie plots sterk verslechterd is.
Mogelijk kunnen we de klok met een goede behandeling enkele dagen terugdraaien en knapt uw huisdier weer op.
Symptomen nierfalen
- Slechte eetlust
- Gewichtsverlies
- Meer drinken dan normaal
- Meer plassen
- Braken en/of diarree
- Slechte adem
- Minder actief
- Uitdroging
Oorzaak nierfalen
Als de nieren beschadigd zijn, hoeft het creatininegehalte nog niet altijd verhoogd te zijn. Er kan dan al wel sprake zijn van een nierziekte, maar nog niet van nierfalen .
Door een vroege en gerichte behandeling van een nierziekte, kan nierfalen worden voorkomen of uitgesteld.
Ziekten in de nieren
- Nierbekkenontsteking
- Nierstenen
- Maligne lymfoom (lymfklierkanker hond, kat)
- Andere tumoren
- Erfelijke aandoeningen (dysplasie, primaire glomerulopathie, PKD, amyloidose, Fanconi, etc)?
Ziekten buiten de nieren
- Chronische ontstekingen (gebit, huid, baarmoeder, prostaat),
- Buitenlandse parasieten
- Immuunziekten
- Tumoren
- Alvleesklierontsteking
- Hormoonziekten (o.a. suikerziekte)
- Hoge bloeddruk (hond, kat)
- Afsluiting van de plasbuis door blaasstenen of blaasgruis
In sommige gevallen is de oorzaak van het nierfalen niet meer te achterhalen.
Ziekten die op nierfalen lijken
- De ziekte van Addison is bij honden een van de beruchtste
- Bij katten kan een laag kalium een slechte nierfunctie geven
- Een laag kalium kan ook ontstaan door het geven van infuus met onvoldoende kalium
- Maagdarmbloedingen, vleesdiëten en te hard werkende schildklier kunnen een hoog ureum geven. Het creatinine is bij deze ziekten meestal niet verhoogd
Diagnostiek nierfalen
Urine- en bloedonderzoek, echo
De minimale diagnostiek bij nierfalen bestaat uit een volledig bloed- en urine onderzoek en een echo van de buik.
Reisziekten
Als uw hond in de afgelopen 10 jaar in het buitenland geweest is, is verder onderzoek op bepaalde parasieten soms zinvol.
Weefselmonsters (biopten)
Bij een verdenking op een tumor in de nieren, nemen we een dunne naald biopt om de diagnose te stellen.
Grotere nierbiopten zijn waarschijnlijk het meest zinvol bij:
- Vroege stadia van een nierziekte
- Nierfalen dat nog niet zo lang aanwezig is
- Eiwitverlies via de urine.
GFR bepaling
Als het creatininegehalte nog niet verhoogd is kan een GFR bepaling of een exogene creatinine klaring meer inzicht geven in de nierfunctie. Dit zijn bepaalde tests waarbij een stof wordt ingespoten en we vervolgens meerdere keren bloed afnemen om te kijken hoe snel de nieren die stof weer uit het lichaam afvoeren.
Behandeling van nierziekte / nierfalen
- We behandelen de oorzaak, indien mogelijk
- Zorg dat de patiënt, te allen tijden, onbeperkt kan drinken
- We stoppen, indien mogelijk, de behandeling met medicijnen die de nieren kunnen beschadigen. Veel gebruikte medicijnen die schadelijk kunnen zijn voor de nieren zijn pijnstillers en ACE remmers (als Fortekor®) en ARB (als Semintra®). Ook bepaalde antibiotica (als Gentamycine) kunnen de nieren beschadigen
- We vermijden, indien mogelijk, bloeddrukschommelingen. (Sommige soorten anesthesie en rustigmakers als Acepromazine kunnen bloeddrukschommelingen veroorzaken)
- We behandelen andere aandoeningen zo goed mogelijk (tandsteen, huidaandoeningen, suikerziekte, etc.)
- We meten de bloeddruk en behandelen deze als die afwijkend is en we controleren het effect van de behandeling
- We meten de eiwit/creatinine ratio in de urine en behandelen deze als die afwijkend is. Bij sommige nierziektes, met veel eiwitverlies in de urine, schrijven we dan toch Fortekor® of Seminstra® voor. We controleren het effect van de behandeling
- We starten een nierdieet als het bloedfosfaat (bij een volwassen dier) boven de 1.5 mmol/l is. Als het fosfaatgehalte zes weken later onvoldoende is gedaald, schrijven we een fosfaatbinder voor (drankje of poeder voor door het eten)
- misschien kunnen we in de toekomst stamceltherapie gaan geven. Het effect is nu nog niet bewezen.
Poliklinisch of opname en infuus
Zolang een hond voldoende drinkt en eet, is een opname niet nodig en is een behandeling thuis vaak voldoende.
De prognose van nierfalen
- Bij nierziekte, nog zonder nierfalen
Is volledige genezing soms mogelijk, maar dat is wel afhankelijk van de soort ziekte. Bij erfelijke aandoeningen is genezing vaak niet mogelijk, maar staat de behandeling in het teken van het verbeteren van het welzijn van de patiënt en het remmen van de progressie van de ziekte - Acuut nierfalen
In het beste geval kan uw hond/kat volledig genezen. In het slechtste geval kan uw hond overlijden. Veel dieren genezen deels en hebben na herstel een slechtere nierfunctie - Chronisch nierfalen
De kans dat uw hond/kat geneest is vrijwel nihil. Het belangrijkste doel van een behandeling is dat uw hond zich lekkerder voelt. Als dit lukt, richt de behandeling zich op functiebehoud van de nieren: we willen dat uw hond zich zo lang mogelijk goed voelt. - Gedecompenseerd chronisch nierfalen
Er is sprake van een acute verslechtering van chronisch nierfalen. Hiervoor geldt hetzelfde als bij acuut nierfalen. Volledig herstel zal echter niet optreden.
Fabels
“Infuus is goed voor de nieren”
- Als er veel infuus wordt gegeven, zonder correctie van het kaliumgehalte, kan dit leiden tot (verdere) nierschade
Fortekor®: “elke hond met nierfalen heeft Semintra® of benazepril nodig” (verkrijgbaar als Fortekor®, Benakor®, Nelio®, Prilben®, Benefortin®, e.a.)
- Dit soort medicijnen kan soms het eiwitverlies via de nieren verminderen. Mogelijk leidt dit tot een vertraging van de progressie van het nierfalen. Dit medicijn kan de bloeddruk ook gering verlagen. Bij een hond met een normale bloeddruk, waarbij het eiwitverlies via de nieren niet hoog is, is de toegevoegde waarde waarschijnlijk zeer gering tot nihil
Fosfaatbinder: “elke hond heeft een fosfaatbinder nodig”.
- Dit is niet waar. Alleen als het fosfaatgehalte te hoog blijft ondanks het aangepaste dieet, is een fosfaatbinder nodig.
Antibiotica: “Een nierpatiënt moet in ieder geval een korte kuur antibiotica”.
- Een nierbekkenontsteking is vaak goed te behandelen. Als de verkeerde antibiotica worden gegeven of als de kuur te kort wordt gegeven, krijgen wij de bacterie niet onder controle. We raden aan om alleen antibiotica te geven als de nierpatiënt koorts heeft of als het echobeeld past bij een nierbekkenontsteking. In alle gevallen is een kweek van de urine raadzaam. Het formularium van de dierenarts adviseert een behandeling van 4-6 weken. Aan het eind van de kuur is het verstandig te controleren of de ontsteking weg blijft
Nierdieet: “een hond met nierfalen mag alleen nierdieet eten.”
- ?Dit is niet waar. Een nierdieet is erg belangrijk, maar als een hond dit niet wil eten, is een ongezondere voeding beter dan helemaal niet eten
Water weg halen: “als een hond in huis plast mag je de waterbak weghalen”.
- Als u dit doet, droogt uw hond uit! Het is beter als u uw hond ’s nachts opsluit op een plek die u makkelijk kan schoonmaken.
Eettips
Slagroom, boter en bouillon kunnen het nierdieet smakelijker maken: zie nierdieet