BOS-syndroom
Wat is het BOS-syndroom?
Met het brachycephalic obstructive airway syndrome (BOS syndroom) bedoelen we de verschillende afwijkingen die voorkomen bij kort-schedelige honden (vooral bulldoggen) en die samen tot een bemoeilijkte ademhaling kunnen leiden.
Bij deze honden zien we vaak:
- te nauwe neusopeningen,
- te volle neusholte,
- te lang zacht verhemelte,
- smalle keelgang,
- te klein strottehoofd,
- te kleine luchtpijp.
Samen veroorzaken deze onvolkomenheden ervoor dat de honden harder aan de inademingslucht moeten “zuigen” dan normaal. Hierdoor ontstaan de kenmerkende snuivende en/of snurkende geluiden.
Er is een te lage onderdruk in strottehoofd en luchtpijp bij het inademen waardoor er een soort “kraakbeenmoeheid” ontstaat. Hierdoor kunnen uiteindelijk ernstige vormveranderingen van het strottehoofd (larynx) en luchtpijp (trachea) ontstaan. Het ademen wordt daardoor nog moeilijker en de hond kan zelfs stikken.
Operatie
Bij de operatieve behandeling van het BOS syndroom maken we de neusopeningen wijder en korten we het te lange verhemelte in.
Bij de operatie van de neusopeningen wordt er een “taart-puntje” uit de neusvleugel gesneden. Na het hechten van het wondje, is de neusopening direct al veel wijder.
Deze ingreep voeren we altijd aan beide neusopeningen uit. In de meeste gevallen is het ook nodig het verhemelte van de hond korter te maken.
Voor de meeste honden betekent dit een enorme toename van de kwaliteit van leven. Ze zijn niet meer benauwd en hebben een beter uithoudingsvermogen.
Teleurstellingen
Een deel van de honden kunnen wij helaas niet helpen. Als de afwijkingen aan het strottehoofd zo ernstig zijn geworden dat dit helemaal is “dichtgevallen” (larynxcollaps), kan dit niet meer verholpen worden.