Spoelwormen en haakwormen

Elke hond en kat krijgt rond de geboorte spoelwormen. Dit gebeurt al in de baarmoeder (hond) en daarna via de moedermelk (pups en kitten). Bij grote aantallen spoelwormen kan de pup of het kitten ziek worden:

• Diarree
• Slecht eten
• Slecht groeien
• Verminderde weerstand
• Darmafsluiting (ileus)
• Invaginatie (de darm schuift dan in een ander stuk darm)
• In het ergste geval kan een dier aan de gevolgen hiervan overlijden.

Om dit te voorkomen moet een pups of kitten regelmatig worden ontwormd (zie onder).

Hoe ziet een spoelworm er uit?

Een volwassen spoelworm leeft in de darm. De kans dat u een spoelworm ziet, is klein. Bij ernstige infecties kan een hond of kat soms spoelwormen uitbraken: het zijn witte wormpjes (“elastiekjes”) van 4 tot 12 cm lengte.

Spoelworm in de darm van een hond (endoscopie)

Ziet u een kleiner wormpje (1 cm) in de ontlasting. dan is dit vaak een lintworm

Om aan te tonen of een hond of kat spoelwormen heeft doen we meestal ontlastingsonderzoek, waarbij we zoeken microscopisch kleine wormeitjes.

Spoelwormen van hond of kat bij de mens

Spoelwormlarven maken bij de hond en kat een tocht door het lichaam. Via de darmen, buik en longen komen ze terug in de darmen om daarna pas volwassen te worden.

Als een mens een honden- of katten-spoelwormei doorslikt, kan de wormlarve het lichaam wel binnendringen, maar hij komt niet terug in de darmen en wordt nooit volwassen.

8% van de Nederlanders heeft antistoffen tegen spoelwormen van de hond of kat:

• De meeste mensen hebben hier geen last van.
• Sommigen hebben last van chronische vermoeidheid.
• Maar mensen kunnen ook lever-, long-, hersen- en oogproblemen ervan krijgen.

Preventief ontwormen doet u dus voor uw huisdier, maar ook voor uw eigen gezondheid. 

Haakwormen bij hond en kat

Haakwormen vinden we met name bij dieren in asielen, kennels en bij zwerfdieren, maar ook bij “gewone” huishonden en katten.

Honden besmetten zich met de Belgische en Nederlandse haakworm (Uncunaria stenocephala) door het oplikken van besmette grond. Besmetting via de huid lukt minder goed. De larven kunnen door de huid dringen en daar jeuk geven, maar daarna sterven de larven af en ze bereiken nooit de darmen.
Haakworminfecties zijn vaak mild, maar kunnen ook ernstige darmontsteking veroorzaken.

De Zuid-Europese haakwormen van de hond (Ancylostoma caninum) zijn agressiever, dringen via de huid binnen (jeuk aan de poten) en veroorzaken een donkere slijmerige ontlasting en bloedarmoede.

We zien haakworm infecties bij de kat (ancylostoma tubaeforme) eigenlijk alleen bij zwerfdieren. In de meeste gevallen leidt dit tot chronische problemen, maar soms verslechtert een kat in korte tijd en komt het dier aan de infectie te overlijden.

Pup ontwormen

Elke pup wordt geboren met spoelwormen. Ook in de moedermelk zitten spoelwormlarven. Dit kan leiden tot ernstige ziekte nog voordat ontlastingsonderzoek mogelijk is. Daarom wordt aangeraden pups routinematig te ontwormen vanaf een leeftijd van 2 weken. Deze ontworming moet u elke twee weken herhalen tot ze 2 maanden oud zijn.

Ontwormingsadvies pup:

• 2, 4, 6 en 8 weken leeftijd; vervolgens maandelijks tot de pups een half jaar oud zijn.

Kitten ontwormen

Kittens kunnen in de baarmoeder nog geen spoelwormen krijgen. Ze krijgen de wormen echter wel via de moedermelk. We ontwormen kittens om die reden vanaf 3 weken. We herhalen de ontworming op 5 en 7 weken. Vervolgens maandelijks tot een leeftijd van een half jaar.

Ontwormingsadvies kitten:

• 3, 5 en 7 weken leeftijd; vervolgens maandelijks tot de kittens een half jaar oud zijn.

Ontwormen van teef en poes

Teven en poezen die melk geven, moeten we gelijktijdig met hun jongen ontwormen om problemen met spoelwormen te voorkomen.

Ontwormings advies moederdieren:

• Tegelijkertijd met zogende pups / kittens

Spoelwormen volwassen hond of kat

Veel volwassen dieren met spoelwormen hebben geen ziekteverschijnselen. Alleen door regelmatig  ontlastingsonderzoek uit te voeren, is vast te stellen of een dier besmet is.

Ontwormingsadvies volwassen dieren:

• Minimaal 4x per jaar.
• Bij een positief ontlastingsonderzoek (elke 1 of 3 maanden)
• Bij diarree.
• Maandelijks in situaties met risico voor de volksgezondheid, zoals verblijf bij een familie met kleine kinderen en mensen met een verminderde weerstand waarbij het dier regelmatig buiten komt.

Preventie van spoelwormen

• Laat uw hond uit op een plek met weinig hondenpoep
• Ruim de ontlasting van uw hond op, en vraag andere mensen (de gemeente) dit zelfde te doen.
• Ruim de ontlasting van uw kat elke dag op.
• Gooi de ontlasting bij de restafval.
• Ontworm uw hond regelmatig.