Dilaterende cardiomyopathie (DCM) bij de hond
DCM is een hartspierziekte van de grote hond. Het hart van de hond is vergroot en pompt minder goed. Het hart lijkt uitgerekt, gedilateerd.
Symptomen
Honden met DCM zijn vaak van middelbare leeftijd of ouder.
Ze hebben een verminderd uithoudingsvermogen, zijn snel uitgeput, sloom en kunnen bij inspanning flauwvallen. Ze hoesten (soms met kokhalzen), houden vocht vast in de longen en de buik, zijn benauwd. Vaak hebben deze honden een slechte eetlust en vallen ze af. Bij ernstige benauwdheid is liggen en slapen vaak niet mogelijk.
Dobermanns met ernstige DCM zijn, als ze eenmaal bij ons komen, vaak zo benauwd, dat het overmatige longvocht uit de neus loopt als roze schuim.
Diagnose
DCM en hartritmestoornissen
DCM gaat vaak gepaard met hartritmestoornissen.
De meest voorkomende hartritmestoornis in boezemfibrilleren (atriumfibrillatie of AF). De boezems van het hat trekken daarbij 600x per minuut samen, de kamers vaak 200 tot 300x per minuut. Omdat het hart niet voldoende tijd krijgt om te vullen, moet deze hartfrequentie omlaag.
Honden met DCM kunnen ook andere hartritmestoornissen hebben. Welke stoornis een hond heeft, kan worden gezien op een ECG.
Behandeling
DCM kan niet worden genezen, maar we kunnen wel de hartfunctie verbeteren met medicijnen. Met medicijnen hebben veel honden nog een waardig leven. Deze medicijnen moeten meerdere keren per dag en de rest van het leven van de hond worden gegeven.
De medicijnen vertragen de achteruitgang van het hart niet. Het heeft dus geen zin om de medicijnen te starten voordat de hond ziekteverschijnselen krijgt.
De hond mag gewoon mee wandelen, maar overmatige inspanning moet worden vermeden.
Hartritmestoornissen moeten ook worden behandeld. Het type medicijn is afhankelijk van de gevonden afwijking.
Eten bij DCM
Honden met DCM hebben vaak een slechte eetlust. Een lekkere voeding is beter dan een minder smakelijke, gezonde voeding. Zorg voor voldoende voedselopname om vermageren en vermindering van de spieromvang te voorkomen.
Bij slechte eetlust moeten we soms de medicatie aanpassen of zoeken naar andere oorzaken. Zorg ook voor voldoende eiwitten in de voeding, dus alleen een nierdieet als het echt nodig is.
We adviseren u om het zuinig aan te doen met zout, vermijd bv. zoute honden-snacks.
Prognose
De vooruitzichten verschillen per ras (zie tabel)
Ernstig zieke dieren leven korter dan dieren die bij een bezoek aan de dierenarts minder klachten hadden.
Rassen en DCM
DCM komt vooral voor bij honden van 3 jaar en ouder die meer dan 20kg wegen. Honden van de volgende rassen hebben een verhoogd risico op het krijgen van DCM:
Dobermann, Boxer, Duitse dog, Ierse wolfshond, Dalmatiër, Newfoundlander, Afghaanse windhond, Bullmastiff, Mastiff, Duitse herder, Pyrenese berghond, Golden Retriever, Deerhound, Rottweiler, Sint Bernard, Cocker Spaniel, Leonberger, Flat-coated retriever, Airedale terriër, Berner sennenhond, Bouvier, Bordeaux dog, Old English sheepdog, Labrador retriever, Samoyeed, Engelse springer spaniel, Schnauzer.