Behandeling heupdysplasie

De slijtage van de heupen is het gevolg van beschadiging van het kraakbeen in het heupgewricht. Deze beschadigingen ontstaan wanneer het heupgewricht zich afwijkend heeft ontwikkeld. Behandeling van heupdysplasie is dus bijna altijd nog mogelijk. 

Onderzoek van de heup

Bij het orthopedisch onderzoek van de heup zal de orthopeed of dierenarts de heupen verschillende kanten op laten bewegen. Bij jonge honden met heupdysplasie is vooral het overstrekken en naar buiten bewegen van de heupen pijnlijk. De heupen van oudere honden met heupdysplasie kunnen in elke richting vaak minder goed bewogen worden. In geval van slijtage (artrose) voelt het bewegen vaak ‘zanderig’ aan.

Bij jonge honden met heupdysplasie (HD) kan de heup gemakkelijk uit de kom schieten (luxeren). Bij oudere honden met heupdysplasie zal luxatie juist niet meer mogelijk zijn. De ‘ortholani test’ is bij jonge honden met HD dan ook positief en bij oudere honden negatief (figuur 1). Deze test meet de hoek van de poot, waarbij een opzettelijk uit de kom gebrachte heup weer terug in de kom schiet. Een röntgenfoto zal het vermoeden van HD vervolgens bevestigen.


Figuur 1. Ortholanietest: het bovenbeen kan uit de kom worden gedrukt als het kapsel te slap is.

Behandeling heupdysplasie

Als bij het orthopedisch onderzoek wordt vastgesteld dat de klachten van uw hond worden veroorzaakt door heupdysplasie (HD), kunt u kiezen uit een aantal mogelijke behandelingen. De behandeling van heupdysplasie hangt af van meerdere factoren, waaronder de leeftijd van de hond, het gewicht en de aanwezigheid van artrose in de heup.

Bij jonge honden met heupdysplasie kunnen we de heupkop en –kom beter op elkaar laten aansluiten door een symphysiodese (leeftijd 3-4 maanden) of een bekkenkanteling (leeftijd 5-9 maanden) uit te voeren. Omdat de heupen zich na deze operaties nog normaal kunnen vormen, zal maar liefst 85% van deze honden op termijn geen slijtage (artrose) gaan vertonen!

Een oude hond die veel pijn heeft door de slijtage kan soms al baat hebben bij een niet-operatief artroseregime. Bij lichtere honden zal een pijnvrij ‘nep’ gewricht ontstaan na een operatie waarbij de heupkop wordt verwijderd (femurkophalsresectie).

Volledige vervanging van het heupgewricht door een heupprothese biedt de beste prognose voor zwaardere honden. Soms is er sprake van afwijkende dijbeenspier, waardoor de heupdysplasie extra pijnlijk is. We kunnen deze spier dan verwijderen met een operatie die pectineus myectomie heet.

De mogelijke behandelingen en prognoses worden door onze dierenarts orthopeed met u besproken. Het eindresultaat hangt echter nooit alleen af van deze behandelingen, maar ook van een goede revalidatie van de hond bij u thuis!

Symphyodese

We kunnen heupdysplasie voorkomen door deze honden op jonge leeftijd (12-16 weken) te onderzoeken en eventueel een ‘symphysiodese’ uit te voeren.

Met deze operatie wordt de groeicapaciteit van de bekkenbodem uitgeschakeld. Het bekken zal dan tijdens de groei vanzelf richting de bovenbenen kantelen (figuur 2), waardoor de heupkop en heupkom beter op elkaar aansluiten. Hierna zullen de heupen zich vervolgens normaal kunnen ontwikkelen. Het is echter wel belangrijk dat u de hond goed laat revalideren.

Figuur 2. Symphysiodese: groeiremming van deel bekkenbodem > betere stand van kom en kop.

Bekkenkanteling

Bij honden in de leeftijd van 5 tot 9 maanden, die last van de heupen maar toch een redelijk ontwikkeld heupgewricht hebben, kunnen we het bekken doorzagen en het heupgewricht fixeren in een andere stand (figuur 3). De heupkop en –kom zullen dan beter in elkaar passen, waardoor het ontstaan van heupdysplasie gestopt kan worden.

Er bestaan twee typen ingrepen, TPO en DPO. Bij een TPO wordt het bekken op drie plaatsen doorgenomen. Bij een DPO worden maar twee zaagsneden gemaakt. Het bekken behoudt zo meer stevigheid zodat er na de operatie minder complicaties ontstaan. Een TPO kunnen we uitvoeren tot een leeftijd van 11-12 maanden en dan slechts één kant per keer. De revalidatie na operatie van beide zijden zal in totaal drie maanden duren. Met de DPO kunnen we beide zijden tegelijk corrigeren, maar deze operatie moet dan wel vóór de leeftijd van 7-8 maanden worden uitgevoerd.


Figuur 3. De kanteling meer druk op kop en kom

Een bekkenkanteling is het best uit te voeren als er nog geen sprake is van slijtage en de ortholanihoek, die is vastgesteld tijdens het orthopedisch onderzoek, niet te groot is. Als uw hond niet aan deze voorwaarden voldoet, kan een heupprothese of een femurhalskopresectie op termijn een betere oplossing zijn.

Femurkophalsresectie

Een femurkophalsresectie is een mogelijke behandeling bij de hond met heupdysplasie.

Versleten heupen geven pijn door het bot-op-bot contact van de heupkom en heupkop. Femurkophalsresectie ofwel het verwijderen van de heupkop (figuur 4) zal deze pijn dus wegnemen. Door bindweefsel- en spiervorming tussen het bovenbeen en het bekken zal vanzelf weer een ‘nep’ gewricht ontstaan. Ruim 85% van de honden met een gewicht van minder dan 15 kg gaat hierdoor normaal functioneren.

Voor zwaardere honden (meer dan 20 kg) is dit ‘nep’ gewricht helaas vaak niet stevig genoeg; zij hebben een robuustere vervanging van de heup nodig door een heupprothese. Het is belangrijk te beseffen dat het na een femurkophalsresectie niet meer mogelijk is om nog een heupprothese te plaatsen.


Figuur 4. Na het verwijderen van de heupkop en hals is er geen bot op bot contact meer en is dus de pijn verdwenen.

In tegenstelling tot de meeste andere operaties zal een hond na de femurhalskopresectie zoveel mogelijk moeten bewegen om de bind- en spierweefselvorming te stimuleren. In onze dierenkliniek zult u na de operatie heldere uitleg over deze vorm van revalidatie krijgen.

Prothese bij heupdysplasie

Bij grote honden met heupdysplasie is een heupprothese soms de beste optie. Ook bij de kleinere miniatuur hondenrassen of bij katten is het tegenwoordig goed mogelijk om een heupprothese te plaatsen. Bij deze operatie wordt het volledige heupgewricht vervangen door een kunstheup.

Een versleten heup kan volledig worden vervangen door een kunstheup. De kunst heupkop en -kom worden dan vastgezet met botcement of groeien vast in het bot (figuur 5). Ruim 85% van de honden herstelt volledig na 3 maanden. In 80% van de gevallen is behandeling van één van twee slechte heupen al voldoende.


Figuur 5. De prothese bestaat uit een steel, een kop en een kom.

Het plaatsen van de prothese is een relatief grote operatie. Het is belangrijk om de revalidatie instructies nauwkeurig op te volgen zodat complicaties, zoals het loslaten van de prothese of een infectie, voorkomen worden.

Revalidatie na operatie heup

Na een heup operatie is een goede revalidatie en nazorg essentieel om het gewenste resultaat te bereiken. Na de operatie volgt meestal een periode van rust, die afhankelijk van de uitgevoerde operatie 2 tot 6 weken kan duren. Gedurende die tijd mag de hond alleen naar buiten voor de noodzakelijke behoeften. Na deze weken mag de beweging langzaam worden opgevoerd. In tegenstelling tot andere operaties moet uw dier na een femurhalskopresectie zo veel mogelijk bewegen!

U moet na elke ingreep voorkomen dat uw huisdier aan de wond likt omdat anders een infectie zou kunnen ontstaan. Bij sommige ingrepen dient u na zes weken op controle te komen. Met behulp van een klinisch onderzoek en röntgenfoto’s bekijkt de dierenarts dan of uw huisdier voldoende hersteld is.

Direct na de operatie krijgt u in onze praktijk heldere uitleg over de benodigde revalidatie. We geven u ook een brief mee waarin u alle instructies nog eens kunt nalezen. Als u thuis toch nog vragen blijkt te hebben, kunt u ons altijd bellen.

Behandeling van heupdysplasie is dus bijna altijd nog mogelijk. Onze orthopeed dierenarts zal u de verschillende behandelmogelijkheden voor uw huisdier uitleggen tijdens het consult.

Dierfysiotherapie

Als we uw dier hebben geopereerd aan zijn heup is fysiotherapie, net als het geven van pijnstilling en goede voeding, een onderdeel van een volledige revalidatiebehandeling. Met fysiotherapie zorgen we voor pijnverlichting en een sneller herstel. Het doel is om de geopereerde poot weer functioneel te laten bewegen en om compensatieklachten in de rest van het lijf tegen te gaan. Heeft u vragen over fysiotherapie voor dieren? In dit artikel leest u de meest gestelde vragen over dierfysiotherapie!

Lees verder
Deel deze pagina
LinkedIn
Facebook
Email
WhatsApp
Onze receptionisten staan je graag te woord
Gerelateerde berichten